Dag 26. Donderdag 26 mei 2022. Fietskilometers: 6 km. Piazza Armerina.
Zo gastvrij en overladen met lekkers als hier in Piazza Armerina, dat maakte ik nog niet eerder mee op Sicilië. Mijn fiets heeft het ook goed. Een exclusieve rustplek: hij staat veilig in de kerk. Ik ben een geluksvogel, vanwege mijn assertieve besluit om hier heen te gaan en niet naar de verlaten ogende B&B. Vanwege een afmelding, kon ik in B7B de Engel terecht begrijp ik later. Want de oorspronkelijk gasten (4!) voor mijn kamer hebben corona en liggen thuis in bed in Milaan. Ik heb nu dus hun kamer, tevens de grootste. Eentje met van die openslaande deuren en luiken naar het balkon, zo typisch italiaans. En vanaf het balkon, inclusief potten met basilicum en verveine, kijk ik uit op een Piazza en op de kerk en daarachter weer op een groene heuvel. Net als in romantische Italiaanse films.
Samen met twee Amerikaanse toeristen zit ik om 8 uur aan een uitgebreid ontbijt. Gister zaten we ook al, samen met gastheer en -vrouw, aan een reusachtig diner. Maar dan in het privé-restaurant, een souterrain aan de andere kant van de steeg. Gastheer Ettore kookt daar iedere avond de sterren van de hemel, dat dat maar even duidelijk is. Alles versgemaakt, handgemaakt, perfect bereid en ook nog eens biologisch, want uit eigen tuin of van eigen pluk. Van tomatensaus tot chocoladekoekjes, taart en pasta. Van citroenmarmelade, tot verse pomodorini en ricotta. Van olijfolie tot wijn en tot mijn grote vreugde limoncello. Een groot eet- en proeffeest.
Na het ontbijt, om half 9, vertrek ik, half misselijk, op de fiets naar Villa Romana del Casale, drie kilometer verderop het dal in. Inez stopt mij een lunchpakketje toe en zwaait me uit “ tot straks liefje, wel terugkomen he? dag, dag, dag, schoonheid” . Vroeg aankomen bij de Villa Casale heeft zo zijn voordelen, want bij de kassa is het rustig en ze besluiten dat mijn fiets bij hen veilig achter in het kantoortje gestald kan worden. Maar wat is Villa Casale (zoals ze dat hier zeggen) eigenlijk ? In Nederland is me dat al in geuren en kleuren beschreven. Heel kortgezegd: het is een romeinse villa uit circa 300 na Christus, vooral bekend vanwege de goed bewaarde vloermozaïeken.
Ik loop rond op deze zogenaamde toeristentrekpleister tevens bekend staand als UNESCO werelderfgoedsite. Het ligt er allemaal stil en verlaten bij. Droogstoffig is het ook. Overal zijn muggen, die uitgehongerd overgaan tot de aanval. Ze hebben het op mij gemunt. Al slaand en krabbend bekijk ik het badhuis, thermen, omkleedruimtes, schrobruimte, massageruimte. Net zoals in mijn boekjes latijn van vroeger, constateer ik. Grappig, dat klopt dus echt! En dan stap ik de gigantische villa in en ik kijk met open mond om me heen.
Wat een prachtige entree en mooie mozaïeken. Achter mij loopt een gids met een groepje. De gids spreekt engels. Het groepje bestaat uit Amerikaanse toeristen, vervoerd per prive-busje vanaf hun jacht. Of ik me bij hen aan mag sluiten. Hun privé-gids vindt het ook goed en weer ben ik de freerider. De gids geeft een fantastische uitleg en vertelt boeiend over de villa, de eigenaar en haar bewoners en over de rijke geschiedenis van Sicilie in die tijd. Door de beeldende verhalen van de gids wanen we ons een uur lang in de 4e eeuw.
Als we naar buiten lopen schrik ik. Busladingen toeristen hebben zich verzameld bij de thermen, van schoolkinderen tot mensen die op groepsreis Sicilie in 5 dagen “doen”. Snel haal ik mijn fiets uit het kantoortje, de medewerkers hebben nu geen tijd meer om te groeten. Ik rijd de heuvel weer op en tel ongeveer 20 bussen. Hoe een mens zich kan vergissen. Tip voor Villa Casale: kom zo vroeg mogelijk en zo ongeveer in april, dan is het denk ik rustiger.
Als ik thuiskom, kijkt Ines heel blij. Opgelucht vanwege het feit dat ik de fietsreis overleefd heb. “ We hebben een nieuwe gast, een motorrijder uit Noord-Italie.” “Die ontmoet ik vanavond wel”, zeg ik, “ik ga nu eerst de rest van de dag niks doen.”
Comments